De Kadernota 2008 is er één waar GroenLinks trots op kan zijn. Er is extra geld voor duurzaamheid en met een extra subsidie voor danstheater De Stilte is een lang gekoesterde wens van de fractie werkelijkheid geworden. Het was aanleiding voor GroenLinks-fractievoorzitter Selçuk Akinci om de blik te verleggen naar de toekomst.
Voorzitter, zomaar een vergezicht. Het is 2050 en Tobias de Ridder loopt met zijn Schotse collie, die hij uit het dierenasiel heeft, door Breda. Het is een mooie zonnige dag en hij kijkt om zich heen. Hij ademt de lucht van een stad, een open, zinderende stad. Een stad die prikkelt. Een stad die dynamisch is. Een stad met aangrenzende dorpen, elk met hun eigen karakter, elk ook met hun eigen dynamiek. Een gemeente met veel open ruimte waarin mensen recreëren en genieten.
Een stad waarin mensen gekenmerkt worden door een open houding, waarin niet de kleur van de huid belangrijk is of het aantal paspoorten dat men heeft, een stad waarin mensen met een handicap geen drempels op hun weg vinden. Een stad waarin inwoners kruisverbanden met elkaar aangaan. Een stad van ontmoeting, ontplooiing en creatieve initiatieven. Een stad die over de eigen grenzen heen kijkt. Regionale samenwerking, mondiale samenwerking op het gebied van economie, maar ook op de terreinen sociaal en duurzaamheid.
Ik bedacht dit allemaal toen ik vanochtend door de stad liep en de discussies van de laatste maanden nog eens in mijn hoofd de revue liet passeren. En aangekomen bij de Haven rees bij mij plots de vraag: waarom eigenlijk wachten tot 2050? Die Haven, we hebben het eerder de heer Lips al horen zeggen, 75 duizend voor evenementen. Ik kan me voorstellen dat je, om die Haven niet alleen tot een fysiek maar straks ook tot een sociaal succes te maken, een deel van die gelden inzet om eens te kijken: wat kunnen we daar nou allemaal ook nog omheen organiseren om die Haven in de harten en de hoofden van de mensen in te sluiten?
Voorzitter, tijdens de prekadernotabehandeling ging GroenLinks in op drie thema’s: duurzaamheid, sociaal beleid en jeugdcultuur. Ik ga ze even kort met u langs.
Extra geld voor duurzaamheid. We vinden dat terug in de kadernota met een extra investering boven op de huidige middelen van 625 duizend euro in zaken als het verbeteren van de kwaliteit van bodem- en oppervlaktewater, milieuhandhaving en maatregelen tegen de klimaatverandering, namelijk de jaarlijkse extra investering voor duurzame energie.
Aan de wethouder nog wel de vraag of hij de doelstellingen van Breda op dat punt wat ambitieuzer wil formuleren. Het milieuprogramma schrijft op dit moment dat we in 2015 een heel eind op weg zijn om energieneutraal te worden. Maar hoeveel is ‘een eind op weg’? Af en toe, als ik in de file sta, de trein is weer te laat, vraag ik me dat ook af: hoeveel is een eind op weg? Van de wethouder hoor ik graag of hij zich hard wil maken voor een daadwerkelijk energieneutrale stad, bijvoorbeeld in 2020.
Het tweede thema dat we in de prekadernota hebben aangeroerd, is de wens voor een extra impuls voor het sociale beleid. Ik denk dat in commissie, om het zo maar te zeggen. De Partij van de Arbeid heeft daaraan net ook al gerefereerd. Het is in deze kadernota terug te vinden. Het armoedebeleid wordt opgerekt, zodat ook mensen met een baan net boven het minimuminkomen, die nu nauwelijks rond kunnen komen, straks kunnen rekenen op de steun van de gemeente. Het is zeker belangrijk, zeker ook voor gezinnen, en daarnaast – naast de lokale armoede om het zo maar te zeggen – is er de ambitie om meer te doen op het terrein van mondiale samenwerking. Mevrouw Vossenaar refereerde er zojuist aan. Er is een werkgroep, maar er is ook geld. Breda verhoogt het budget, weliswaar in twee stappen, naar één euro per inwoner, en daarmee is een langgekoesterde wens van GroenLinks in vervulling gegaan.
Ook onze opmerking over jeugdcultuur is gehonoreerd. 25 duizend euro extra voor De Stilte, waardoor deze organisatie niet meer constant op de tenen hoeft te staan en te lopen. Daarmee loopt de gemeente vooruit op de nota van de Raad voor Cultuur die jeugddans als een prioriteit heeft opgenomen in zijn notitie die dit najaar door de regering wordt besproken en daarna in de Tweede Kamer. Indien de minister van Cultuur, de heer Plasterk, dit advies overneemt, zou dat betekenen dat we een landelijk erkend dansgezelschap in huis hebben dat naast lokale gelden ook rijksgelden ontvangt. Dat is iets waar we dan trots op zouden mogen zijn, maar daarvoor zal in de richting van Den Haag misschien nog wel wat gelobbyd moeten worden. Een open uitnodiging daartoe.
De SP noemde net al even het dierenasiel. In de discussie die de afgelopen maanden heeft gespeeld, hebben we al eens gevraagd of de wethouder bereid was te kijken naar de overeenkomst van overdracht en bewaarneming die het dierenasiel had voorgelegd. De wethouder was van plan dat te doen en zou daarover nog met een reactie komen. Ik vraag me af of hij al zover is en of hij daar wat in ziet. Ik zeg dat omdat ook de andere gemeenten zo werken of zo wensen te werken, en ik zeg dat ook omdat het een zakelijke manier is van omgaan met een partner die uiteindelijk een wettelijke taak uitvoert. Het gaat niet om extra middelen, het gaat niet om meer middelen. Het gaat alleen maar om een zakelijke overeenkomst waarmee je die middelen kunt verdelen. Op het moment dat het aantal zwerfdieren in Breda terug zou lopen, kunnen ook die middelen naar beneden. Dus we hebben er zelf ook belang bij.
Voorzitter, ik ga even terug naar 2050. Tobias de Ridder pakt zijn fiets, die niet is weggehaald omdat er in de stad voldoende fietsklemmen staan, en fietst naar de randen van de stad. Hij fietst naar de Haagse Beemden en komt onderweg langs voetbalvereniging Boeimeer die al jaren een belangrijke positie in de wijk heeft en veel doet voor de jeugd aldaar. Het is tegen die tijd de vierde generatie die opgroeit in de Haagse Beemden. Daarna fietst hij door naar de landgoederenzone waar tegen die tijd Staatsbosbeheer een prachtig stuk natuur heeft ontwikkeld en heeft behouden en waar de mensen genieten van de open ruimte.
Tobias fietst zuidwaarts langs het Liesbos, de Rith, het Mastbos en het Ulvenhoutsebos en komt aan bij de Bavelse Berg waar het groen-blauwe raamwerk er werkelijk prachtig bij ligt. Hij fietst door naar de landschappelijke driehoek, die met gemeentelijke gelden en behulp van cofinanciering tegen die tijd al heel lang is ontwikkeld. En hij gaat verder naar Teteringen, en daar opnieuw: prachtig, natuur, een verbindingszone, de flessenhals Oosterhout-Teteringen.
Maar hoe staat het daar vandaag de dag eigenlijk mee? Ambities en plannen genoeg. Ik heb ze allemaal genoemd, ze staan allemaal wel ergens in een gemeentelijk stuk. Breda heeft zich daar allemaal aan gecommitteerd. Maar de financiering voor al deze plannen is nog niet altijd rond. Soms wachten we op partners, soms moeten we zelf nog geld reserveren. Bijvoorbeeld voor de zojuist genoemde verbindingszone Teteringen-Noord. We zijn er al sinds 1998 mee bezig en binnenkort komt de gemeente Oosterhout, waar een groot gedeelte van het gebied ligt, met een actieplan. Daarna zullen Oosterhout en Breda, de wethouder heeft daar zijn handtekening voor gezet, al dan niet aangevuld met maatschappelijke partners een uitvoeringsplan moeten maken. Aangezien dat actieplan binnenkort komt, komt wat ons betreft ook dat uitvoeringsplan heel snel daarna. Daarmee mag niet te lang meer worden gewacht. Oosterhout heeft al geld hiervoor gereserveerd, maar aangezien het een gezamenlijk project betreft, dat mede voortvloeit uit de bouwactiviteiten in Teteringen en ook als voorwaarde in de MER staat, willen we de wethouder Ruimtelijke Ordening vragen om in zijn begroting voor 2008 alvast rekening te houden met de gelden voor het gezamenlijk opstellen van een uitvoeringsplan.
Voorzitter, ik liep een rondje langs de Haven, keek naar de gerestaureerde visafslag en naar ’t Klapcot dat, ingepakt vanwege de restauratie, een lichte gelijkenis vertoonde met een kunstwerk van Christo. Christo pakt de omgeving in om zo mensen met andere ogen naar de werkelijkheid om zich heen te laten kijken. Mijn Tobias de Ridder bestaat niet, nog niet, maar wellicht loopt hij over vijftig jaar rond door Breda in een andere werkelijkheid dan de onze. En aan ons – nu, vandaag, morgen, de rest van de periode, in de toekomst – de taak om dat een mooie werkelijkheid te laten zijn. Dat begint bij ambitie en dat begint ook bij het waarmaken van keuzes.