GroenLinks vindt het belangrijk dat de buurten in de Haagse Beemden voor iedereen leefbaar blijven. We willen daarom dat de gemeente samen met winkeliers en investeerders blijft zoeken naar mogelijkheden om de buurtwinkelcentra de Berg en de Donk een oppepper te geven. En omdat dit tot nog toe niets oplevert, moeten we ons óók bezinnen op wat er nodig is, indien er geen partners zijn die meedoen.

Natuurlijk vindt GroenLinks dat iedereen zoveel mogelijk op de fiets of te voet, dus in zijn eigen buurt, boodschappen moet kunnen doen. We spannen ons al jaren in voor een compacte verstedelijking en een beleid dat lopen en fietsen bevordert. Maar we hebben ook te maken met trends en ontwikkelingen in onze omgeving.

Ieder wil op zijn manier wonen en winkelen
Veel woonconsumenten hebben een voorkeur voor een omgeving waarin mensen niet zo dicht op elkaar wonen en er dus minder draagvlak is voor voorzieningen op buurtniveau. En steeds meer winkelconsumenten hebben een voorkeur voor grote winkels met een groot assortiment waar veel te kiezen valt en je in één keer klaar bent met shoppen. Handig als je een auto hebt. Maar als een auto of wat verder fietsen geen optie voor je is, kan het lastig worden.

Met gevolgen voor draagvlak voor buurtwinkels
Zo kan het op termijn gebeuren dat de winkels in de Berg en de Donk onvoldoende klandizie overhouden om nog goed te kunnen draaien. Dan zal je ook buiten je buurt moeten gaan winkelen als je op de fiets of lopen aangewezen bent. Deze ontwikkeling is al jaren gaande. De komst van een grote supermarkt bij het stadion, waar naar verwachting veel mensen zullen willen gaan winkelen, zal daar zeker niet bij helpen. We hebben daarom, samen met andere fracties, het college eerder gevraagd om met winkeliers, investeerders en woningbouwverenigingen een plan te ontwikkelen dat deze winkelcentra weer perspectief geeft. Een plan dat zo interessant is, dat genoeg Haagse Beemdenaren in eigen buurt boodschappen blijven doen.

Staatssupermarkt?
Maar de gemeente is zelf geen winkelier of winkeleigenaar. Ze kan alleen wat betekenen als de betrokken winkeliers en investeerders ook meedoen. Tot nog toe heeft alle overleg over zo’n plan niets opgeleverd. De beoogde partners wachten liever de crisis af of kijken eerst hoe het bij het stadion zal gaan lopen. Moet de gemeente dan maar in haar eentje aan de gang gaan?  De veiligheid is een gemeentezorg en die moet gewoon in orde zijn. Maar verder kan de gemeente alleen in de buitenomgeving van de winkelcentra aan de slag. Wij geloven er niet in dat een paar parkeerplaatsen of wat straatmeubilair voor de consument voldoende verschil zal maken om het tij te keren. Moeten we dan maar met gemeenschapsgeld buurtwinkels gaan runnen of subsidiëren? Wat ons betreft is dat een wel hele grote stap.

Vooruit durven kijken naar wat nodig is
We willen dat de gemeente samen met winkeliers en investeerders blijft zoeken naar mogelijkheden om de buurtwinkelcentra de Berg en de Donk een oppepper te geven. En omdat dit tot nog toe niets oplevert, moeten we ons óók breder oriënteren op wat er nodig is als de beoogde partners niet meedoen. Waar gaat het dan om? Mensen moeten aan hun boodschappen kunnen komen, ook als ze geen auto hebben en fietsen en lopen naar Heksenwiel, Prinsenbeek of de stadionsuper te ver is. Vaak gaat het om ouderen of mensen met een gezondheidsprobleem, maar hoe groot is deze groep precies? Wat voor een vervoer- of boodschappenservices zijn in samenwerking met de buurt en winkels verderop voorstelbaar op het moment dat dit nodig is?

De winkelcentra hebben ook een ontmoetingsfunctie voor de buurt. Maar zijn er geen gezelliger plekken denkbaar om elkaar te ontmoeten dan in een winkel? En voor we bereid zijn een winkelcentrum te subsidiëren omwille van zijn ontmoetingsfunctie, zouden we dan niet beter kunnen (her)overwegen om ook een buurthuis-nieuw-stijl te steunen in zijn ontmoetingsfunctie? Wij willen dat het college dit soort vragen meeneemt in zijn scenario-analyse, voor het geval er geen plannen te bedenken zijn waarin ook partners willen investeren.